Albert en Maurice Rowies gehuldigd op 11 november (enkele foto's)

donderdag 14 nov 2019

Ter gelegenheid van 11 november werd ook in onze gemeente de jaarlijkse herdenking voor de gesneuvelden van beide wereldoorlogen gehouden, 101 jaar na het einde van W.O.I . Dit jaar werden Albert Rowies, een van de eerste Hoeilaartse gesneuvelden uit W.O.II, en Maurice Rowies, een verzetstrijder uit W.O. II herdacht. (foto: echtgenote en afstammelingen van Maurice Rowies).

Albert Rowies werd geboren in Hoeilaart op 15 november 1915. Hij was de broer van onder meer politieagent Jacques Rowies. Op 10 mei 1940 vielen de Duitse troepen België binnen. Ze staken in Limburg de Maas over en vielen zo de Belgische stellingen langs de Belgisch-Nederlandse grens aan. Bij een van die aanvallen, in de eerste uren van de oorlog,  sneuvelde Albert Rowies in Rekem. Hij was 25 jaar. 

Met Maurice Rowies brengt Hoeilaart dit jaar het verzet onder de aandacht.

Als lid van de Witte Brigade, maakte Maurice tijdens de Tweede Wereldoorlog valse paspoorten. Hij werkte, zoals vele Hoeilanders, in het Duitse munitiedepot op Welriekende, een ideale dekmantel voor zijn verzetsactiviteiten. Maar Maurice werd verraden en moest naar Frankrijk vluchten. Na de landing van de geallieerden in Normandië op 6 juni 1944, keerde hij in het zog van de oprukkende legers naar Hoeilaart terug.

Op 4 september reden de eerste Engelse tanks vanuit Groenendaal Hoeilaart binnen. In de dagen die volgden, doorzochten vele Hoeilanders het Duitse munitiedepot op Welriekende om te pakken wat er te pakken viel. Dat was niet zonder gevaar vermits de Duitsers op 3 september aan het schepencollege hadden laten weten dat zij het hele munitiedepot zouden opblazen. Onder druk van de oprukkende geallieerden hadden ze al op 17 en 19 augustus 1944 een eerste deel van hun munitie laten ontploffen, met schade aan de serren tot gevolg.

Ook Maurice Rowies en Jef Dewals waren in die dagen de barakken op Welriekende aan het doorzoeken. Toen Jef de opmerking maakte dat het horloge van Maurice zo veel lawaai maakte, beseften ze beiden wat er aan de hand was. Ze gingen op zoek en vonden onder de barakken tijdsmechanismen met explosieven. Ze maakten ze allemaal onschadelijk en zo werd een grote ramp vermeden.

Bronnen: Scheys D. Militaire aanwezigheid in het Zoniënwoud tijdens de 20ste eeuw, Zoniën, pp. pp.167-179, nr. 3, 2011. (ledenblad van de Koninklijke Heemkundige Kring Het Glazen Dorp) en Erik Plastria (Hoeilaart Weleer).

Links: Albert Rowies - Rechts: Maurice Rowies

Hieronder wat meer info over de 6de Compagnie en wat er gebeurde op de dag dat Albert Rowies sneuvelde.

6Cie/Bn CyF Lim

De 6de Compagnie verlengt de linies naar het noorden toe en staat opgesteld langs de Zuid-Willemsvaart vanaf de bunker net ten zuiden van de brug van Rekem tot aan de brug van Vucht. Deze posities strekken zich uit over een afstand van maar liefst 6 Km en omvat eveneens de tussenliggende bruggen van Boorsem en Maasmechelen. De compagnie is daarbij aangehecht aan de Wielrijdersgroep van de 17de Infanteriedivisie waarvan het 1ste Eskadron de posities van de 6de Compagnie van de grenswacht aandikt. De compagnie beschikt ook over twee T13 pantserwagens. De pelotons zijn als volgt ingezet:      

  • Het peloton Gillebeert (3Pl) bezet de twee noordelijke bruggen te Vucht en Maasmechelen en de kanaalbunkers 48, 49 en 50
  • Het peloton Busseniers (2Pl) is verdeeld over de bruggen van Boorsem en Rekem
  • Het peloton Manteleers (1Pl) vormt het tweede echelon
  • De compagnie beschikt over een vooruitgeschoven post nabij Kotem aan de Maas
  • De commandopost van Luitenant Leeuwerck bevindt zich eveneens te Maasmechelen

Luitenant Leeuwerck ontvangt rond 07u30 het bericht dat de brug over het Albertkanaal te Gellik is vernield en hij onmiddellijk moet overgaan tot het opblazen van de bruggen in het onderkwartier van zijn compagnie. Tegen 08u00 vliegt de brug van Rekem als laatste de lucht in. Terzelfder tijd maken de eerste Duitse verkenners contact met de grenswacht te Vucht. Een uur later wordt ook te Boorsem en Rekem geschoten. Alleen te Maasmechelen blijft het rustig: de oostelijke kanaaloever biedt immers geen dekking aan een oprukkende vijand. Aanvankelijk wordt tot ongeveer 10u00 over een weer geschoten. De Duitsers hebben ook mortieren en een 37mm antitankkanon aangevoerd. De Belgische T13’s vuren terug maar moeten zich onder druk van de vijandelijke mortieren terugtrekken. Te Vucht dringt de invaller niet aan. De meeste slachtoffers onder de Belgen vallen bij het 2de peloton te Boorsem en te Rekem (Soldaten Jean Segers en Albert Rowies). Korporaal Maurice Habets was ploegoverste van een ploeg MG (Machinegeweer) en bemande met zijn ploeg een schutterskuil tussen de bruggen van Boorsem en Rekem. Wanneer zijn ploeg dreigde ingesloten te worden en probeerde te ontkomen werd hij verwond. Hij werd als krijgsgevangene afgevoerd naar het hospitaal van Geilenkirchen waar hij aan zijn verwondingen overlijdt.

In een ander internetartikel is er sprake van 147 doden bij de Belgische troepen in de omgeving Veldwezelt, Eben-Emael op 10.5.1940.