'11 november' huldiging in het teken van weerstander, Marcel Félicé - '40 - '45 (fotoalbum)

zaterdag 11 nov 2017

Ter gelegenheid van 11 november herdacht Hoeilaart zijn oorlogsslachtoffers. Sinds vorig jaar wordt er telkens bij een persoonlijk verhaal stilgestaan, als het kan in de straat die naar de betrokken persoon werd genoemd. Dit jaar werd hulde gebracht aan Marcel Félicé.  Om 10.30 uur werd samengekomen op het Gemeenteplein voor het vertrek naar het kerkhof.  Daar was een korte hulde aan de gesneuvelden van beide wereldoorlogen en de Koreaoorlog.  Vervolgens trokken de vertegenwoordigers van het gemeentebestuur, de scholen, de verenigingen, de militairen en alle belangstellenden voor een speciale hulde aan Marcel Félicé,  in aanwezigheid van zijn familie, naar de Marcel Félicéstraat. Ten slotte werden bloemen gelegd aan het monument der gesneuvelden aan het gemeentehuis waarna iedereen werd uitgenodigd voor een receptie. Daar nam de zuster van Marcel Félicé het woord om iedereen te danken en haar persoonlijke herinneringen over haar broer op te halen.

Hulde aan Marcel Félicé

Wie door de Marcel Félicéstraat wandelt, staat er waarschijnlijk niet (meer) bij stil dat de straat werd vernoemd naar een jonge Hoeilaartse verzetsstrijder die in 1944 door de nazi’s werd terechtgesteld.

Marcel Félicé (°1924) was de zoon van Henri Félicé en Maria Derom, en de oudere broer van Albert en Marguerite. Tijdens de oorlog was hij lid van de Belgische Nationale Beweging (BNB) en van de Réseau Alliances, een Franse verzetsorganisatie. Binnen het BNB maakte hij deel uit van een verzetsgroep die actief was in de streek. Hun voornaamste doelwit was het Duitse munitiedepot in het Zoniënwoud, met als opdracht er sabotage uit de voeren.

Op 17 januari 1943 werd hij thuis gearresteerd door de Gestapo en opgesloten in de gevangenis van Sint-Gillis. Op 12 april 1943 verscheen hij in Brussel voor Oberfeldkommandantur 672 en werd hij ter dood veroordeeld. Begin 1944 werd hij vanuit de gevangenis van Sint-Gillis gedeporteerd naar een gevangenis in Duitsland.

Op 1 april 1944 werd Marcel in de schietstand van Karlsruhe terechtgesteld, samen met Marcel Derome uit La Hulpe en dertien Franse weerstanders van de Réseau Alliances. In 1945 werden hun lichamen door het Franse leger teruggevonden en met militaire eer begraven op de Franse begraafplaats in Karlsruhe.

Het lichaam van Marcel werd in 1947 naar Hoeilaart overgebracht, waar het een plaats in het ereperk van ons gemeentelijk kerkhof kreeg.

Marcel was 20 jaar toen hij werd terechtgesteld.

Bron: Het Glazen Dorp, ledenblad van de heemkundige kring (1994, nr. 1, blz. 3)