Foutmelding

  • Notice: Trying to access array offset on value of type bool in monkberry_field_news_detail() (regel 159 van /data/sites/web/hoeilanderbe/subsites/www.hoeilander.be/sites/all/modules/custom/monkberry/monkberry.fields.inc).
  • Notice: Trying to access array offset on value of type null in monkberry_field_news_detail() (regel 159 van /data/sites/web/hoeilanderbe/subsites/www.hoeilander.be/sites/all/modules/custom/monkberry/monkberry.fields.inc).

Een regionaal mediamonument wordt 70 jaar

donderdag 08 jan 2015

Van beroepsblad tot streekgazet. Het einde van de Tweede Wereldoorlog was voor Europa de start van een totaal nieuwe wereld. Dat resulteerde in een flink uit de kluiten gewassen consumptie- en communicatiemaatschappij.  Voor de druivenstreek vertaalde zich dat in de oprichting van een weekblad: “De Serrist,  wekelijksch onpartijdig vak- en inlichtingenblad voor 4200 druiventelers”.  Dat is dit jaar in januari net 70 jaar geleden.

Op het einde van de oorlog, België was amper bevrijd en de Slag om de Ardennen woedde nog in alle hevigheid, verenigden zich enkele Hoeilanders en Overijsenaren in het “Comité van Druiventelers”. Het was een overkoepelende verenigingen met onder meer leden van de  Unie der Druiventelers en de Serristengilde.  De intiatiefnemers waren de Hoeilanders: Franz Smeets, Jerôme Erkens Theodore Vanderperren en Jos Derom uit Hoeilaart en Jules Van Bever, Gommaar Debontridder, Gommaar Denayer en Robert Schimp.

Dit comité hield zich vooral bezig met het afhandelen van de problemen van de toenmalige serristen, zoals de verdeling van de  gecontingenteerde  grondstoffen,  cement en steenkool. Ook na de bevrijding bleven deze namelijk zeldzaam. Daarnaast werkte het comité hard aan het vastleggen van kwaliteitsnormen voor alle tuinbouwproducten  en voor een gecentraliseerd verkoopsysteem, de voorloper van de latere veiling. Daardoor was er nood aan informatie en communicatie. Stilaan begon het idee te spelen van een informatieblad.

Gommaar Denayer nam het initiatief om dit te bespreken met Libert Loits, sinds 1932 eigenaar van een drukkerij op de Waversesteenweg. Deze had het diploma van onderwijzer, maar koos in het voetspoor van zijn vader Alfred voor het beroep van drukker. Eind 1944 werden drie informatieblaadjes gedrukt die via de post gratis verdeeld werden aan de druiventelers. Zij kregen de naam “De Serrist, wekelijksch onpartijdig vak- en inlichtingenblad voor Druiventelers.” Het weekblad was geboren. Sinds die eerste dag en vandaag nog altijd is  ‘de drukkerij van Hoeilaart’ de uitgever van De Serrist.

Begin 1945 werd besloten om de druiventelers een abonnementsprijs te vragen van 100 BEF. Een los nummer kostte toen 2,5 BEF. In het begin behandelde de inhoud vooral de grondstoffenbedeling maar al snel lag de klemtoon ook op propaganda voor  de Belgische druif met de slogan: “Parel der smakelijkste vruchten”. De Serrist versloeg over de druivententoonstellingen, publiceerde de verslagen van de bestuursvergaderingen van de Unie en de Serristengilde … Wekelijks, op zondag, vergaderde men ijverig in de woonkamer van dhr. Smeets om de volgende editie voor te bereiden.

Vreemd genoeg bleek in die eerste periode het probleem van “De Serrist” het papier te zijn.  Het dagbladpapier mocht toen enkel gebruikt worden voor de druk van de bestaande dagbladen. Libert Loits loste dit op door het weekblad te drukken op groen inpakpapier.

 

 

Na de verhuis in 1949 naar de huidige locatie in de Koldamstraat, kreeg De Serrist een nieuwe ondertitel: “Het nieuws van de week”.  Voortaan gingen de artikels niet langer exclusief over druivenzaken maar kreeg het algemene streeknieuws en de sport uit de Druivenstreek meer en meer aandacht.  De echte streekgazet kreeg vorm en dat vroeg ook om een meer professionele aanpak met vaste medewerkers die bereid gevonden werden om elke week het nieuws op te sporen.

 

Sindsdien rolt er zonder onderbreking, elke week een Serrist van de pers. Dat zijn er sinds de eerste uitgave 3640, boordevol informatie over de streek.

De Serrist, steun en toeverlaat van de hele gemeenschap. Wat “De Serrist” uiteindelijk betekend heeft voor het dagelijkse leven, is niet zomaar in een  paar zinnen te omschrijven. Ontegensprekelijk is het feit dat de wekelijkse overvloed aan regionale nieuwtjes mee de cement heeft gevormd van het gemeenschapsleven. De verenigingen kregen alle nodige ruimte om hun activiteiten  te promoten  wat onbetaalbaar was en voor menig activiteit het verschil heeft gemaakt. Wie met de Druivenstreek meeleefde, had De Serrist in huis of las hem bij de haarkapper, op café, bij de dokter.

Doorheen de jaren groeide de redactie uit tot een consequente ploeg journalisten aan wie niets van wat er in de streek gebeurde, aan hun alziend oog ontsnapte. Cultuur, sport, feestelijkheden, politiek …, het aanbod aan nieuws was volledig en werd nog eens extra aangevuld door particulieren en verenigingen die hun eigen teksten inzonden en vaak een interessante tribune kregen voor de meest diverse maatschappelijke  problemen en -visies.  Talrijke debatten werden zo, week na week, uitgevochten via De Serrist.

Steeds werd omzichtig omgesprongen met de neutraliteit van het weekblad zelf. Zelden koos De Serrist partij. De redactie beschouwde het als een belangrijke maatschappelijke verantwoordelijkheid om elke visie een podium te bieden. 

In die zeventig jaar is de invloed van de krant  ongetwijfeld zeer groot geweest. Vele regio’s in Vlaanderen benijden  ons zo’n interessant communicatiemiddel ter beschikking te hebben om het reilen en zeilen van de gemeenschap te verslaan. Een betalende regionale krant die vooral om inhoud en minder om reclame draait, is immers een grote uitzondering en van een onbetwistbaar belang: een zegen voor de streek.

Vandaag, zeventig jaar later, blijft het weekblad, ondanks de enorme concurrentie van de elektronische media, dezelfde rots in de branding. Weinig is er aan het beginconcept veranderd. Met de tijd  verbeterde de drukkwaliteit en werd meer en meer gebruik gemaakt van kwaliteitsvolle kleurenfoto’s maar de klemtoon ligt ook vandaag nog op inhoud: het nieuws van de streek.

Menigmaal zijn de grote mediagroepen met voorstellen gekomen om De Serrist  te kopen maar de familie Loits is daar nooit op ingegaan omdat dit sowieso zou geleid hebben tot het verlies van het eigen karakter van het weekblad, tot de omvorming tot een gewoon reclameblad. Elke krant die de voorbije 70 jaar in de brievenbus viel, werd gedrukt in Hoeilaart en nergens anders.

De Serrist, eindeloze bron van geschiedenis. Zeventig jaar nieuws vergaren zorgt natuurlijk voor een ongezien archief dat in de Nationale Bibliotheek van België kan geraadpleegd worden. Geen enkele bron biedt een zo volledig overzicht van wat er elke dag in onze streek heeft plaatsgevonden. Welk onderwerp je ook wil benaderen, als onderzoeker wordt je ondergedompeld in een uniek verleden met details en wetenswaardigheden die je nergens anders kan vinden.

De voorbije jaren deed ik voor diverse lezingen opzoekingen over de geschiedenis van de Hoeilaartse Druivenfeesten, de wijncoöperatie Serco , het Lindenhof en recent nog het verhaal van 40 jaar Lichtstoet, en telkens waren de duizenden artikels uit De Serrist de onmisbare bron, de leidraad om  een vrij volledig verhaal neer te schrijven. Honderden verhalen liggen op die manier trouwens te wachten tot iemand de waardevolle bladzijden oud papier openslaat en tijd investeert in het opgraven van zoveel prachtige momenten uit de streekgeschiedenis.  Aangezien onze geschiedenis voor een groot deel bepaaldt wie we zijn, kan je dan ook moeilijk anders dan concluderen dat 70 jaar De Serrist een adembenemende spiegel is van onze eigen streekidentiteit. De Serrist dat zijn wij!

 

Een wekelijks mirakeltje. Het magisch moment, elke week, in de Koldamstraat, is zonder twijfel de woensdag om 13 uur: het opstarten van de rotatiepers, de druk van alweer een editie van De Serrist. Tot het laatste ogenblik werken de grafici aan de opmaak van de bladzijden want, in tegenstelling tot de elektronische media die je eeuwig kan blijven corrigeren en aanvullen, is er bij een krant het moment van afsluiten. Vanaf dan kan er geen letter meer veranderen. Een echte krant is iets definitiefs, gedrukt is gedrukt.

De grote hal waar de rotatiepers staat overdondert je bij een eerste aanblik. Klein kan je de machine moeilijk noemen, het is een flink uit de kluiten gewassen drukpers, tientallen meters lang. De geur van drukinkten en papier bedwelmt je een beetje en voert je binnen in een wereld waarin dingen gemaakt worden, vakkundig en met een hart.

Het wachten is tot de laatste drukplaat belicht is en de rotatiepers klaargemaakt wordt voor de druk. Nog een paar minuten en het geweld barst los. Eens de machine op volle toeren draait,  werpt ze de duizenden exemplaren van de band, netjes geplooid en gesneden om dan klaargemaakt te worden voor verzending. Een proces dat in al die jaren wel gemoderniseerd is maar in essentie toch steeds weer op hetzelfde neerkomt: letters en beelden op papier zetten voor de eeuwigheid.

Pas dan begin je te beseffen dat die wekelijkse deadline geen evidentie is. Om telkens opnieuw een editie tijdig klaar te hebben, moet je kunnen rekenen op een gesmeerde ploeg medewerkers met een grote inzet, vakmanschap en een ziel voor een ‘levend product’ dat moet gekoesterd worden. De wekelijkse geboorte blijft een klein mirakel, een magisch moment dat je echt eens moet meemaken.

Een woordje van dank. De Drukkerij van Hoeilaart, sinds de eerste dag de uitgever van De Serrist wenst bij deze gelegenheid iedereen te bedanken die al die jaren zijn steentje heeft bijgedragen tot het doen verschijnen, elke week opnieuw, van de krant. Het zou onmogelijk zijn iedereen bij naam te noemen maar de dankbaarheid is er niet minder om. Er komt heel wat bij kijken om De Serrist elke week tijdig te doen verschijnen en dat is in alle die jaren steeds het werk geweest van een hele ploeg schrijvers, fotografen, grafici, drukkers … Tal van jonge journalisten uit de streek, die vandaag voor nationale media werken, schreven hun eerste artikels voor De Serrist. Ook een bijzondere dank aan de verenigingen die ons altijd van het nieuws rond hun activiteiten voorzien hebben.

Uiteraard mogen in het hele verhaal ook de adverteerders niet vergeten worden. Zij zorgden samen met de lezers voor de nodige financiële ademruimte op de krant 70 jaar rendabel uit te geven en om resoluut te kiezen voor een weekblad vol inhoud i.p.v. te evolueren tot een voor de gemeenschap weinig relevante huis-aan-huisblad vol reclame en zonder nieuws.  In ruil kregen de handelaars advertentieruimte, die gezien de eigenheid van het weekblad, de lezer betaalde voor zijn exemplaar en las het dus ook, een zeer interessante prijs/kwaliteitverhouding had.

De Serrist was zich al die jaren sterk bewust van de maatschappelijke taak die haar was weggelegd door te vertellen wat er in de druivenstreek leefde. Ook vandaag blijft deze visie onveranderd: de gemeenschap via degelijke informatie ondersteunen versterken

BijlageGrootte
PDF icon Serrist NR 9 - 4 maart 1945.pdf6.54 MB